Native Americans en modernisme

o'keeffe light coming on the plains II
Amerikanen doen het toch beter, of grondiger. In het bezit van een afbeelding van Georgia O’Keeffe’sLight coming on the plains II“, dat ze in 1917 schilderde, draai je het om en vindt een stukje uit haar autobiografie waarin ze in een adem de kunstenaars opnoemt die haar geïnspireerd hebben: Alon Bement, zijnde haar leraar, Jerome Eddy, en Vasily (of Wassily) Kandinsky, met name wat deze laatste schreef in zijn boek “on the spiritual in art“. Tussen 1912 en 1914 was ze tekenlerares op een openbare school in Amarillo in Texas, in wat ze de Panhandle noemen.

O’Keeffe wordt de “moeder van het Amerikaanse mondernisme” genoemd, en als dat zo is, dan vraag je je toch af hoe het komt dat de modernisten zich zo expliciet lieten inspireren door Europese kunstenaars terwijl de kunst van de oorspronkelijke volkeren, met name die uit het zuiden waar O’Keeffe uiteindelijk haar laatste jaren zou doorbrengen, onder handbereik was.
navajo2

Er was wel sprake van enige beïnvloeding, met name op het Amerikaanse kubisme. Maar het lijkt er op dat die nieuwe Amerikanen van rond de “Jahrhundertwende” tegenover de indigene kunstvorm — een abstracte geometrie die betekenis in zich droeg en wilde overdragen — dezelfde houding aannamen als overige westerse kunstenaars die inspiratie zochten in de Aziatische kunst, maar ook in die van Afrika: ziet er leuk uit, maar ’t stelt niks voor, respectievelijk het gaat over “van die culturen met van die ronde vormen” zoals iemand me dat toevertrouwde over de Tibetanen en hun mándala.
marsden hartley 1877-1943 pre-war pageant 1913

Overigens zou het Marsden Harley (1877-1943) zijn geweest — zie foto boven — die voor het eerst een abstract werk schilderde: “pageant“, uit 1913, en in 1916 kwam Man Ray, beter bekend als fotograaf, met een bijna abstract werk, “legend“, dat verduiveld veel weg heeft van “Mexicaantje-grote-hoed” uit het kinderliedje (foto onder).
man ray 1890-1976 legend 1916

Mario Naves, in een stuk onder de titel Too much art, is er niet mals over. Hij schrijft: “Niet-westerse kunst speelde [aan het begin van het Amerikaanse modernisme] een cruciale rol in het vervaardigen van modernistische schilderijen en beeldhouwwerken. …. De relatie tussen het moderne en niet-westerse kunst werd voor het merendeel tot uiting gebracht middels [van betekenis ontdane] vorm, … een dergelijke verwantschap [tussen westerse en niet-westerse kunstenaars] kan aangewakkerd zijn geweest door romantische (en neerbuigende) noties over de geneugten van “primitieve” samenlevingen; ….”
okeeffewithpaintingcr

Bij O’Keeffe, die een zelfportret maakte waarop ze een “native American” geïnspireerd kostuum draagt, vinden we zo’n navolgen van de geometrie van de oorspronkelijke volkeren van Amerika niet terug, hoewel ze toch omringd moet zijn geweest door textielen en aardewerk die daar een voorbeeld van waren.
rio grande

Als de religieus te duiden volkskunst van voor de grote volksverhuizing naar Amerika de modernen al inspireerde, dan waren die kunstenaars zelf “native American“, bijvoorbeeld Norval Morrisseau (Copper Thunderbird), en Bill Reid, beiden uit Canada.

oscar howe ghost dancer
Een voorbeeld van wat “native Americans” vandaag maken, toonde Tulsa’s Philbrook Museum of Art in oktober 2014 met kunstenaars als Oscar Howe (boven, niet abstract, met uitzondering van werk als op de afbeelding dat een dansende sjamaan verbeeldt), Allan Houser, Dick West, en Ruthe Balock Jones. Deze vier zijn op het bijna exclusieve figuratieve pad, en tonen eerder de manifestatie van de kunst van de oorspronkelijke volkeren dan dat ze zich bezig houden met de betekenis ervan.

gordon dick
Gordon Dick is dan een kunstenaar die het niet-figuratieve uitbeeldt, of parafraseert op deuren (foto) en in andere vormen van toegepaste kunst.

Wat voorzichtig geconcludeerd kan worden is dat de Amerikaanse emigrantenkinderen-streep-modernisten niet echt verder zijn gekomen dan de decoratieve aantrekkingskracht van de indigene kunstvormen, en dat er in de loop van de tijd indigene kunstenaars zijn gekomen die losgezongen zijn van de content van de traditionele kunst — die door de makers en gebruikers overigens niet als kunst werd beleefd — en die langzamerhand als een buitenstaander tegenover de traditionele wereld zijn komen te staan, een alles betekenis gevende wereld die ze beschrijven en uitbeelden, maar niet meer beleven.

Komt er, nu het tijdperk van de decoratie een beetje op zijn eind lijkt te lopen een nieuwe content? Ongetwijfeld, maar hoe die er uit gaat zien, dat weten waarschijnlijk ook de toekomstige makers nog niet, voorzover ze al geboren zijn.